Grote vleermuiskasten met meerdere compartimenten
Deze kasten zijn gebaseerd op platte kasten, maar zijn over het algemeen groter en kenmerken zich door meerdere achter elkaar gelegen spleetvormige compartimenten. Deze compartimenten staan vaak in verbinding met elkaar, zodat vleermuizen tussen de compartimenten kunnen bewegen. Soms zijn bepaalde compartimenten extra geïsoleerd of bevatten ze ventilatieopeningen. Bij sommige typen wordt bij plaatsing aan de muur een extra compartiment tussen muur en kast gecreëerd. Afhankelijk van de omvang, het ontwerp en het materiaal van de kast bieden ze meer warmtebuffering en temperatuurgradiënten dan de traditionele kasten met één compartiment. De kasten zouden meer geschikt zijn voor kraamverblijfplaatsen dan enkelvoudige kasten. De afmetingen van de kasten variëren sterk: van 50 tot 100 cm hoog, 50 tot 200 cm breed en 15 tot 30 cm dik. De spleetvormige binnenruimten zijn meestal 2- 2,5 cm dik. Het basismodel is de kraamkast van Bat Conservation International (Tuttle & Hensley, 2003) waarvan inmiddels allerlei verschillende uitvoeringen zijn ontwikkeld. Het basisidee van meerdere compartimenten is rond 2000 ook geïntroduceerd in Europa, maar werd tot voor kort nog weinig toegepast.
Een succesvolle in Nederland toepassing van een grote vleermuiskast van dit type betreft een kast in Tilburg. Deze kast is in maart 2004 geplaatst in het kader van een renovatie van een bedrijfsgebouw met een kraamkolonie gewone dwergvleermuizen. De kast is aan het gebouw geplaatst vlak bij de invliegopening van de kraamverblijfplaats. In najaar 2004 zijn de eerste twee gewone dwergvleermuizen in de kast aangetroffen. Het volgende jaar was de kast bewoond door een kraamgroep van vierentachtig dieren (Korsten, E. 2006). In de daar opvolgende jaren schommelt de omvang van de kraamkolonie tussen de 160 en de 320 dieren.
In de periode tot en met 2012 is de omvang van de kraamgroep gestegen tot 323 dieren, inclusief jongen. Door dit succes heeft de kast snel navolging gekregen, met hier en daar ook de vestiging van kraamkolonies (pers. mededeling L. Hunink, Econsultancy, pers mededeling G. Kolenbrander). Ook uit andere landen komen positieve berichten van gebruik door onder andere kleine dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis en Noordse vleermuis (Baranauskas, 2010, 2011 / Bartonicka & Rehak, 2007 / Lourenço & Palmeirim, 2004 / Flaquer e.a. 2006 / Michaelsen, 2011).
Grote kraamkast voor gewone dwergvleermuizen in Tilburg.
Een nieuwe toepassing van dit type kasten is bevestiging aan palen, de zogenaamde paalkasten. (Tuttle & Hensley, 2003) De kasten worden inmiddels ook in Nederland toegepast, met tot zover bekend alleen gebruik door kleine aantallen gewone dwergvleermuizen.
Bureau Waardenburg ontwierp en bouwde voor de gemeente Utrecht deze grote paalkast.
Paalkasten staan onder andere in de gemeenten Groningen, Tilburg, Utrecht, Eindhoven en Coevorden. Kant- en klare vleermuiskasten van dit model zijn nog vrij schaars en zijn voor de functie als kraamverblijf vaak aan de kleine kant. Veel in Nederland toegepaste kasten zijn als maatwerk gebouwd.
Naam | Koop / zelfbouw | Materiaal | Afmetingen (HxBxD / Ø) |
Bijzonderheden |
---|---|---|---|---|
Schwegler 1FTH | Koop | Houtbeton / hout | 70x50x20 | Plat, 3 lagen |
Schwegler 1FFH | Koop | Houtbeton | 87,5x24,5x19 | Plat, 2 lagen. Voor bomen. |
Vivara Vleermuizen-kraamkast | Koop | Hout | 78x51x16,5 | Plat, 3 lagen |
Strobel Sommerröhre | Koop | Houtbeton | H70 / Ø 23 | Rond, 5 lagen. Voor bomen. |
BCI Nursery House | Zelfbouw | Hout | vanaf 80x50x16 | Plat, 3-4 lagen |
Grote kraamkast "Korstenkast" | Zelfbouw | Hout | 180x100x16 | Plat, 3 lagen |